Veel mensen hebben het op hun zogenaamde “bucketlist” staan: ooit een boek schrijven. Maar in het land van ooit is de tijd erg vluchtig en zijn de excuses erg talrijk. Dus meestal komt er niet van om dat boek daadwerkelijk te schrijven. Herken je dit? Auteur en schrijfcoach Peter Perceval begeleidde al tientallen auteurs in spé door hun hobbelige parcours en kent alle hindernissen die je onderweg tegenkomt bij het op papier zetten van je ideeën. Hij deelt zijn waardevolle tips binnenkort in een masterclass en je krijgt hier al 5 nuttige adviezen van hem die je zowel kan gebruiken voor fictie als voor non-fictie.
Schrijftip 1: Begin gewoon!
Schrijven doe je omdat je er zin in hebt. Omdat je het gevoel hebt dat je iets te vertellen hebt. Zoals Oscar Wilde ooit zei: “De beste manier om met verleiding om te gaan is eraan toe te geven.” Dus is het met schrijven zoals met yoga: 50% van het werk is je mat uitrollen en gaan zitten. Het maakt niet uit waar je zit of waarop je schrijft. Laat het gewoon gebeuren. Maak je geen zorgen over wat er op je scherm of op je blad verschijnt. Je doet iets dat je leuk vindt en de eerste voorwaarde is dat je ook voelt dat het je plezier doet. Vraag je vooral niet meteen af wat mensen van jou zullen denken als ze lezen wat je neerschrijft. Daar heb je later nog tijd genoeg voor
De beste manier om met verleiding om te gaan, is eraan toe te geven.
Oscar Wilde
Schrijftip 2: Laat je inspireren maar doe niemand na.
Schrijven en lezen zijn 2 totaal verschillende dingen. Veel en graag lezen is geen voorwaarde om te kunnen schrijven. Veel schrijvers hebben zelfs een hekel aan lezen. Misschien zijn er boeken of auteurs die je inspireren, des te beter. Probeer niet te imiteren. Het gaat uiteindelijk om wat jij wil vertellen en vooral over wat jouw verhaal uniek maakt. Jouw stijl kan uniek zijn, of jouw visie op een probleem, of misschien is het de manier waarop jij een verhaal vertelt. Let wel: je kan veel leren uit imitatie. Alle goede rockbands beginnen ook altijd met een paar mensen die songs naspelen van anderen. Kwestie is van je imitatiefase te zien als een leerproces zodat je uiteindelijk je eigen lied kan bedenken.
Nog meer leren?
Schrijftip 3: Neem je tijd.
Er zijn cursussen die je beloven dat je in een dag, of in een week, of in een maand je boek kan klaar krijgen. Dat is uiteraard onzin. Je kan je eigen wilskracht en doorzettingsvermogen wel eens testen door een periode in je agenda te blokkeren om in een blokhut of aan een zonnige kuststrook creatief te zijn, maar dan zal je al snel merken dat je erg goed wordt in uitvluchten verzinnen om niet door te schrijven. Een belangrijke hindernis is bijvoorbeeld: sociale afleiding. Mensen zijn nu eenmaal sociale dieren, maar productieve schrijvers, zijn per definitie een beetje asociaal. Ze verwaarlozen hun contacten op sociale media, maar ze slaan ook heel wat uitnodigingen af van vrienden en familie omdat schrijven nu eenmaal iets is dat je niet kan combineren, hoe straf jij ook bent in multitasking. Schrijven is je telkens weer onderdompelen in het onderwerp of het verhaal waar je mee bezig bent. Dat kost tijd. Dat betekent niet dat je veroordeeld bent tot een kluizenaarsbestaan. Als je 2 of 3 uren per dag productief bent, doe je al meer dan de meeste mensen op een werkdag…
Schrijftip 4: Weet voor wie je schrijft
Schrijven mag dan een eenzame bezigheid zijn, die je begint te doen omdat je er persoonlijk behoefte aan hebt, dat wil niet zeggen dat je er helemaal alleen voor staat. Je schrijft namelijk altijd omdat je wil gelezen worden, je wil iets delen. Dan helpt het als je weet voor wie je schrijft. Probeer tijdens het schrijven een heel concreet beeld te vormen van de mensen die jij wil bereiken en stel je voor dat je met hen in dialoog gaat. Het helpt enorm als je hen een brief schrijft waarin je duidelijk maakt waarom jij schrijft wat je schrijft. Op momenten dat de moed je in de schoenen zakt of je even niet meer weet hoe het verder moet, kan je die brief je helpen om weer op weg te geraken. Zelfs wanneer je fictie maakt die mensen louter wil ontspannen! Je mag hierbij ook noteren dat je nooit echt in de hand hebt wie jouw publiek wordt. Ontdekken wie jou wil lezen is dus minstens even spannend als het schrijfproces zelf. Laat jezelf verrassen.
Schrijftip 5: Begin pas te herlezen als je het einde al kent
Een van de grootste hindernissen voor onervaren schrijvers is hun interne criticus. Bij het herlezen van je werk zal je ego namelijk van zich laten horen. Hij/zij zal je streng toespreken en waarschijnlijk zeggen: “wie zit daar nu op te wachten”, of “dacht je nu echt dat je de eerste bent die zoiets bedenkt”, of nog erger “wat gaan de mensen niet van jou denken als ze dit lezen”. Je kan hier op 2 manieren aan weerstaan. Ten eerste door pas te beginnen herlezen wanneer je weet wat het einddoel is. Op die manier is de zin om dat einde te bereiken namelijk sterker dan de weerstand die je interne criticus opwerpt. Ten tweede kan je een vruchtbaar klankbord zoeken, een schrijfbuddy die je aanmoedigt of een coach die je de weg wijst als je even niet meer weet hoe het verder moet.
Meer leren?
Kom naar de masterclass op 30 augustus 2017 in Antwerpen!